Terug naar kennisbank
AI
· Immer

AI in de praktijk: slim innoveren zonder in de hype te trappen

AI is overal, maar niet overal relevant. De uitdaging zit niet in het hebben van AI, maar in het vinden van echte waarde. Hoe gebruik je AI op een manier die je organisatie vooruithelpt, zonder te verdwalen in buzzwords?

Kunstmatige intelligentie is niet meer weg te denken uit het nieuws, het bedrijfsleven en de dagelijkse praktijk. Bedrijven willen er "iets mee", overheden willen het reguleren en consumenten gebruiken het vaak zonder het te beseffen. Maar tussen visie en waarde gaapt nog een groot gat. Veel organisaties stappen te snel in, aangetrokken door de hype, zonder echt te begrijpen wat AI kan betekenen voor hun mensen, processen en klanten.

AI is niet magisch, het is logisch

De meeste AI-toepassingen draaien niet om magie, maar om patronen. Patronen in data, gedrag of taal. Het kan voorspellen, classificeren of genereren. Maar dat betekent niet dat AI altijd slimmer is dan mensen. Het is juist sterk in herhaling en schaal, daar ligt ook de echte waarde.

Een logistiek bedrijf waar we mee samenwerkten, gebruikte AI om voorraadbeheer te optimaliseren. Niet door futuristische robots, maar simpelweg door te leren van historische verkoopdata en seizoenspatronen. Het resultaat: minder verspilling, meer inzicht en tijdwinst voor medewerkers. Technologie op zijn best, ondersteunend, niet dominant.

Wie AI als wondermiddel ziet, raakt snel teleurgesteld. Wie het beschouwt als hulpmiddel, vindt kansen die echt werken.

Begin bij de vraag, niet bij de technologie

Een van de grootste valkuilen bij AI-projecten is beginnen met de vraag “wat kunnen we met AI?”. Een betere start is “waar hebben we écht last van?”. AI is geen doel op zich, maar een middel om problemen slimmer aan te pakken.

Denk aan een klantenservice-afdeling die overspoeld wordt met herhaalde vragen. Daar kan AI helpen door patronen te herkennen, antwoorden te automatiseren en medewerkers vrij te spelen voor complexere vragen. Of aan een verzekeraar die tienduizenden schadedossiers sneller wil beoordelen, maar menselijke controle wil behouden.

Het draait om relevantie. Niet elk proces is geschikt voor AI. Soms is een simpele automatisering of procesverbetering effectiever. Een slimme organisatie weet dat verschil te maken.

Klein beginnen, groot leren

Succesvolle AI-initiatieven starten zelden groots. Ze beginnen met een afgebakend experiment, waarin snel geleerd kan worden. Een prototype, een pilot of een simulatie. Klein genoeg om te falen zonder gevolgen, maar groot genoeg om inzicht te bieden.

Bij Immer adviseren we klanten vaak om te werken met een “AI-sandbox”: een veilige omgeving waarin je kunt testen met data, feedback en resultaten. Zo blijft innovatie tastbaar en concreet, zonder direct grote investeringen te doen.

Een voorbeeld: een gemeente die wilde ontdekken hoe AI kon helpen bij burgercontacten. In plaats van direct een chatbot te lanceren, begonnen ze met een analyse van bestaande gesprekken. Daaruit bleek dat 70 procent van de vragen over drie onderwerpen ging. Pas daarna werd een eenvoudige assistent ontwikkeld die juist die thema’s afhandelde. Resultaat: minder wachttijd voor burgers, meer ruimte voor medewerkers en een goed fundament om verder te bouwen.

De menselijke maat als succesfactor

De kracht van AI ligt in efficiëntie, maar de waarde ligt in menselijkheid. Technologie moet mensen helpen, niet vervangen. Als medewerkers begrijpen wat een algoritme doet, en waarom, ontstaat vertrouwen.

Dat vraagt om transparantie. Niet alleen over wát AI doet, maar ook hóe het tot conclusies komt. Een ziekenhuis dat AI inzet bij diagnoseondersteuning moet bijvoorbeeld kunnen uitleggen waarom het systeem een bepaalde inschatting maakt. Anders verdwijnt het vertrouwen, hoe goed de technologie ook werkt.

Mensgericht ontwerpen betekent dus niet minder technologie, maar betere keuzes over hoe je die inzet. Bijvoorbeeld door AI-systemen te laten ondersteunen in plaats van beslissen, of door altijd een menselijke controlelaag toe te voegen.

Ethiek en vertrouwen zijn randvoorwaarden

De maatschappelijke discussie over AI gaat vaak over risico’s: bias, privacy, transparantie. En terecht. AI werkt alleen als mensen erop kunnen vertrouwen.

Dat betekent dat organisaties verantwoordelijkheid moeten nemen voor de data die ze gebruiken en de effecten van hun algoritmen. Een model dat sollicitanten beoordeelt, mag geen vooroordelen versterken. Een algoritme dat kredietrisico’s voorspelt, moet uitlegbaar zijn.

In de praktijk zien we dat organisaties die vroeg nadenken over ethiek, later veel minder problemen ondervinden. Denk aan een retailer die al in de ontwerpfase van zijn AI-systemen expliciet toetst op bias. Dat kost tijd, maar levert een betrouwbaarder product op én een beter imago.

Transparantie is niet alleen een morele keuze, maar ook een strategisch voordeel.

Van experiment naar integratie

De stap van experiment naar echte impact is vaak de lastigste. Veel organisaties hebben losse AI-proeven lopen, maar geen geïntegreerde strategie. Daardoor blijft AI een speeltje van innovators, in plaats van een onderdeel van het dagelijks werk.

De oplossing zit in eigenaarschap. AI moet geen eilandje zijn binnen IT of innovatie, maar onderdeel van de bedrijfsvoering. Betrek daarom ook business, design en operations. Een model dat klantgedrag voorspelt, heeft pas waarde als marketing ermee kan werken en development het kan integreren in een product.

Een praktische tip: maak AI onderdeel van bestaande werkprocessen in plaats van iets nieuws ernaast te zetten. Zo blijft de drempel laag en de adoptie hoog.

AI als katalysator van samenwerking

Interessant genoeg dwingt AI juist tot meer samenwerking. Data komt uit alle hoeken van de organisatie: sales, marketing, operations, HR. Om waarde te halen uit AI moeten die werelden elkaar vinden.

Bij Immer zien we dat dit vaak leidt tot bredere gesprekken over strategie en cultuur. AI wordt dan niet alleen een technologisch onderwerp, maar een katalysator voor organisatievernieuwing. Het brengt disciplines samen die vroeger langs elkaar heen werkten.

Dat is misschien wel de grootste, maar minst besproken waarde van AI: het helpt organisaties om meer geïntegreerd te denken en werken.

Geen hype, geen wondermiddel

AI is geen hype, maar ook geen wondermiddel. De waarde ontstaat pas als technologie, mens en strategie samenkomen. Begin klein, denk groot en blijf dicht bij de praktijk.

De organisaties die het verschil maken, zijn niet per se de meest geavanceerde, maar de meest bewuste. Ze gebruiken AI om beter te begrijpen, niet om blind te vertrouwen. Ze laten technologie werken vóór mensen, niet in plaats van mensen.

En dat is precies wat slimme innovatie betekent: bewust, relevant en mensgericht.